Brief Nr 136 Her en der in Frankrijk

H 103 KEIEM

A Monsier monsier fransescus de wolle tot keijem poste de nieport1 departement de Lalijs departement de Lalijs

Seer Lieve ende Beminde vader Ende moeder Ende Broeders en Susters

naer UL gegroet te hebben Laet jck ul weeten als dat jck op den 16 november vertrocken zijn uijt Brugge En dat wij nu gekoomen jn de stad van Laon 160 uren van Brugge En wij moeten nog 120 uren gaen Eer dat wij jn tulon2 En dat is onsen dipo3 En jck En ben nog niet gekleed4 En wij hebben alle daege Een pont aelf5 brood En Een aelf pondt vleesch En drie stuijvers: jck En hebt geen coragie6 te kort En jck ben fries7 En gezoent En wij drijnken den wijn gelijk water aen 2 stuijvers of vijf groote8 de kanne En wij En weeten van geen Biere En wij hebben altijd goe Logementen wij hebben pluijmen9 Bedden En schoone Laekens En hoe voorder10 hoe beter wij gaen den wijn drinken voor drie goote of Een stuijver de kanne En wij hebben den brandewijn voor vijf groote het Bactie11 En het brood is er stijef diere12 En het (z)wienen vlees13 geld Een schellijenk14 vant pont En wij hebben wel 60 uren over de gebergtten gegaen het is Een Leelijke streke maer veele wijngaerden Maer de streijke begont te verbeteren En wij Moeten veel op ons gelt verlijezen Een vijf frans stuck doet 50 stuijvers En Een fransche kroone doet 58 stuijvers En de blamuijsen15 En de permisse schellingen16 En al dat vlaemsch geldt is En gaet jn dit Lant niet ik verhope dat mijn broeder cerolus nog thuis is En als jck jn mijn dipo17 komen jck zal zoo haest als het Mogelijk is Een certefecaet voor hem afsenden wat jck En kan geen certifecaet krijgen voort dat ik jn mijn dipo En zijn En jck hebt altijd coragije En wij En weten niet waer vooren dat wij Beschijekt18 zijn wij hebben ooren19 seggen dat de groote voor de kananiers20 zijn En de kleijne voor de Marijnen21 maer wij En weten nog zekerh(eijd) En mijn kameraede is frederick Lapon van Mannekensveere En doet de coplamenten aen alle mijne vrienden En zegt dat het wel gaet met mij

Dezen 13 Dezember 1812

ulieden dienaer

pilippus jacobus vermesch

Aantekeningen
1 Nieuwpoort. 2 Toulon. 3 Depot, legerbestemming, lichting. 4 "Ik heb nog geen soldatenuniform." 5 Anderhalf pond. 6 Courage, moed. 7 Fris, gezond. 8 Twee of twee-en-een-halve stuiver. 9 Veren. 10 Verder, verder van huis. 11 Bakje? 12 Zeer duur. 13 Zwijnevlees, varkensvlees. 14 Schelling. 15 Blamuize, oude keizerlijke munt ter waarde van een plaket of 31/2 stuiver. 16 Permissieschelling, uitheemse schelling die met permissie van de overheid als betaalmiddel in omloop mocht zijn. 17 Dan wordt hij kennelijk pas ingelijfd. 18 Voorbestemd; wat men met ons van plan is. 19 Horen. 20 Kanoniers. 21 Marine.


Zie de originelen         

Site van Jan van Bakel