Brief Nr 253 Uit Spanje en Portugal

N 41 ARDOOIE

A Monsieur Monsieur Ludovicus Meeuws Meester backker tot ardoeije arrondisiement de cortrijk de partiment de La Lijs sijtot en flander

uijt tollet1 den 7 octobre 1809

seer beminden Moeder susters Ende broeders vrienden Ende kennissen

Naer uL: van herten gegroet te hebben Laet ik uL weten den staed den staed van mijne goede gesondtheijd Ende verhopen van uL hetselve maer ook Jk En kan het niet naerlaeten van uL wat nieuws te Laeten weten van dat Land van spagnien want wij hebben al vier a vijf mal in het vier2 geweest maer ik hebbe godlof noch altijd geluijkkig ik En hebbe noch niet gequetst3 geweest maer somtijds veele honger Ende dorst geleden koude Ende hitte Ende somtijds moeten masieren door de bergen dat wij somtijds bij naer van dorst Ende van moedheijd want daer En sij anders niet als bergen jae door het waeter moeten masieren tot drie viermal op Eenen dag Ende ook den Lesten slag die wij geslegen hebben heeft geweest aen de stede van tallavera4 daer Een5 heeft in Langen tijd geen sulken slag geslegen geweest want de spaeijaren En bevinden hun niet veele in de steden want zij gaen tusschen de bergen En daerom is het geeheel moeijlijk voor ons want op de bergen hebben sij groote sterkten want daer js van weder kanten6 veele volk doodgeschooten Ende geblaseert dat het onseggelijk is van sedert den teijd dat wij in dat Land sijn wij En hebben noch geen vier maenden onder het dak geslaepen Ende jk vreese dat het noch niet gedaen7 En is want wij draeijen om Ende weder want dat Land is vol briegans8 want Een soldaet En is niet wijs dat hij hondert voeten achter blijft hij is voorsekert van dood geslaegen te werden van de boeren daer mede Eijndigt mij nieuws want het js onmoglijk al het nieuws te schrijven seer Lieve moeder susters En broeders wilt mij ook de jonste9 doen van mij wat geld af te senden als het uL: mogelijk is want ik hebbe veele armoede geleden bij faute dat10 ik geen geld En hebbe Ende ook aengaende van het sertificat: die mijnen broeder versocht heeft het was onmogelijk van te konnen maer ik peijsen11 van met den Eersten12 u Een sertificat te senden als het mogelijk is Ende ijvo Lameire die is geblaseert aen mijn sijde En hij Js nu in het hospitael maer ik En weet niet of hij sijn consie13 sal krijgen ofte niet En ook de coplamenten van carolus duvevier hij js forur14 onder het negen En vijftigste regiment want jk hebbe bij hem geweest in vrankerijk maer het is Een Jaer geleden Lieve moeder den brief die gij mij Lest op gesonden heeft ik hebbe hem Eerlijk ontfangen Ende ook het geld waer mede ik blijve uL: genegen soone met den wensch van Een saligen hoogtijd van alle d heijligen15 naer siele Ende naer Lichaem

actum16 desen 7 octobre 1809

francicus de klerck

adres a Monsieur Monsieur de klerck soldat de la 45 regiment 2 Bat: 3 companie 2 division Eerste corpts de La grand armeij17 de spagnien an garnison de tollet

seer Lieve moede soo haest als gij den brief ontfangen hebt wilt mij sito weder schrijven18

Aantekeningen


De brief is gepubliceerd in Biekorf; zie de Inleiding. 1 Toledo. 2 Vuur, gevecht. 3 Gekwetst, gewond. 4 Talavera de la Reina. 5 En, ontkenning. 6 Van weerskanten, van beide partijen. 7 Afgelopen. 8 Brigands, guerilla-soldaten. 9 Gunst. 10 Doordat. 11 Denk, hoop. 12 Met den eersten: zodra mogelijk. 13 Congé, ontslag uit de dienst. 14 Fourier. 15 Allerheiligen; het feest valt op 1 november. 16 Gedaan. 17 Grande armée, grote leger. 18 Terugschrijven.
Carolus duvevier: Carolus Ambrosius Duvivier.


Zie de originelen       

Site van Jan van Bakel