Brief Nr 259 Uit Spanje en Portugal

O 185 WAARMAARDE

A Monsieur Monsieur rogier De Smet Demeurant a warmarde Arondissement Du courtrai Departement Du La Lijs En flander

Sinte Maria dezen 22 April 1810

Beminde Vader ende Moeder Susters ende Broeder en geheel mijne Familie

Ik en kan niet nalaten van naer Ul. te schrijven en van Ul. te wenschen een geluk zaligen hoogtijd van Paeschen die aenstaende is en ook om ul. te laeten weten de staed van mijne gesontheijd jk ben het God lof noch en jk verope als dat gij lieden het zelve zijt Het is nu langen tijd dat ik niet geschreven en hebbe jk en hebbe geen ocasie1 gehad daerom versoeke als dat2 gijlieden zoude willen zoo goed zijn van sito antword te schrijven want jk ben in groot verlangen om te weten hoe het met ul. gesontheijd noch al gaet Jk hebbe vernomen uit den brief van Petrus van den Broeke van Kerckhove als dat het slegt gaat in Vlandre met de recruten Jk ben ook in groot verlangen om te weten hoe het met mijnen broeder Petrus gaet of hij gelot3 heeft ofte niet Het is ontrent twee jaer dat wij in Spaenden zijn wij en hebben bijna noch anders niet gedaen als geloopen en gevochten dag en nacht en wij liggen nu voor een stad die genaemt word Cadix die stad die staet ontrent een halve ure verre in het waetre en de zee4 En het is nu al ontrent twee maenden Dat wij voor Die zelve stad Liggen en wij konnen er nog wel vier maenden zijn Daer word Dagelijks geschoten met De canonen De engelsche Liggen 'er rond in het waetre met ontrent acht hondert volle orlog schepen endaer zijn schepen in waer 'er hondert stukken Cannon op staen en men zegt Dat men Den eersten van meij De stad gaet in Brande schieten als zij hun niet over en gheven en wij veropen van Die stad ook te winnen het is De zeste stad van spaenden als Die stad over5 is gheel spaenden is ovre en Dat6 het niet en waere van7 De engelsche wij zouden er haest8 in zijn maer wij zullen zij Doch met al hun schepen te gronde shieten en wegens van9 mandemak(er) Ambros Die is geblesseert geweest in De Bataille van tallevera10 an Die is van zijn Blessure gestorven en wegens van mes(eeuw) het is nu al ontrent twee jaer Dat jk hem niet gesien hebbe Die is voor zeker ook Dood en veele andre van Daer in het ronde

En zijt zoo goed van De compelmenten te Doen aen De weduwe van van stienbruge En aen Baptiste viaene als Dat zijnen soon ook noch in goede gesontheijd en sijt zoo goed van te schrijven om te weten hoe het met zijnen Broeder is of hij gelot3 heeft of niet en zijt zoo goed van te schrijven Bijtbiers tot huijs gekomen is ofte niet Die is ook geblesse(ert) geweest in zijn hand uL: genegenden Dienaer

Louis De Smet

Mijn adres is Louis De Smet Soldat au 45me regement 3me compagnie Du premiere Batallon premiere corp D' armee 2me Division au Camp a Sint maria En Espagnie11

Aantekeningen


De brief is gepubliceerd in Biekorf; zie de Inleiding. 1 Gelegenheid. 2 Als dat: dat. 3 Geloot, ingeloot voor de dienst. 4 In onze verzameling ontbreekt een foto van het eerste blad van de brief; tot aan dit punt werd de tekst overgenomen uit Biekorf. Daarbij werd de y als ij gespeld en werden de leestekens verwaarloosd. 5 In Franse handen. 6 Als. 7 Om. 8 Spoedig. 9 Wat betreft. 10 Talavera. 11 "...eerste legercorps van het leger 2e divisie in het kamp te Sta. Maria in Spanje." In een andere hand is op het laatste blad toegevoegd: "Geantwoord den 27 meije 1810."


Zie de originelen       

Site van Jan van Bakel