Brief Nr 316 Andere brieven

N 141 KORTRIJK

Dres, Dresde, dezen 29 Julius 1813.

Zeer beminden Noncle ende Tante.

. . . En ik ben nu in Duijtsland in Sakcen1 Polen, daer leggen wij bij de boeren tot met 60 mannen in een logement. En wij hebben revue gepassert voor den Lenpruer2 den 25 Julius, en wij moeten nog de revue passeren den 31 der zelve maend, en wij zullen dan zeker weten waer dat wij zullen voeren. En wij hebben 7 weken gemarsert zonder ophouden. En aengaende3 het eten het heeft nog altijds tusschen tween gegaen4, maer nu het gaet maer slecht, want wij leggen nu percis gelijk in den kamp, maer wij leggen met dertig Vlamingen bij een, maer wij kregen nog altijds wat meer als de Fransen, en als zij niet content en zijn de Fransen, wij gevense wat kloppen op ulder mule5. En onder ons regement zijnder drij voor den kop geschoten geweest voor het vermoorden van haer zijn6 cameraete en de ander twee over het vermoorden van twee boeren, dat is voor een exempel voor ons allegader, daer wij hebben moeten presenst7 zijn en zien voor den kop schieten. En God lof wij konnen al wel exerceren, want wij en moeten maer thien uren dags exerceren 's morgens om vijf uren tot thien uren en van twalf uren tot twee uren en van 4 uren tot 7 uren naer middags... En ik peijse nog wel van kermis Cortrijk nog te komen dansen maer het zal moeten in jaer 148 wezen . . .

Emanuel Beert.

Aantekeningen
Vergelijk brief 67 van dezelfde schrijver. 1 Saksen. 2 Wij zijn geïnspecteerd door de keizer. 3 Wat betreft. 4 Het gaat tussen tweeën: het gaat min of meer redelijk. 5 Op hun bek. 6 Haar zijn: zijn. 7 Aanwezig. 8 1814.
Beert, Emmanuel Franciscus, geboren op 26 juni 1791 te Kortrijk als zoon van Vincentius (zoon van Nicolas Franciscus) en van Maria Joanna Theresia Bernarda Descamps (dochter van Petrus), beiden van Kortrijk (Kerkregister Sint-Maartens-Kortrijk, nr. 37, f0 7.285 v0). Emmanuel was "boucher" (slager).

Site van Jan van Bakel