Jan van Bakel.



Dagboek Zuid-Afrika

Vorige: 25 juli 1981
Terug naar hoofdmenu.


Escombe 26 juli 1981 met zijn zwarte personeel. (42)

Gisteravond hebben we lange tijd een zware wind gehad. Dat heeft heel wat gevallen bladeren opgeleverd. Het was gisteren ook nogal koud. De hele avond heeft het electrisch kacheltje gebrand. In huis was het daardoor heel behaaglijk geworden. Vreemd, dat het ondanks dat stormachtige weer niet geregend heeft. Vandaag is het weer een heel eind opgeknapt. Weer een zon waar je het nauwelijks in kunt houden als je er pal inzit. Maar de atmosfeer is toch nog fris.
Toen we vanmiddag door een van de hoofdstraten van Durban reden, bleek er bij een grote garage weer een bomaanslag geweest te zijn. De garage bevond zich onder een hoge flat. Er stond een auto voor, die totaal uit elkaar geslagen was. We veronderstellen dat de bom daarin gezeten heeft. De politie was ter plaatse, terwijl in twee grote wagens van de gemeentereiniging de rommel werd geladen voor de afvoer. Ik had mijn (nou, mijn? dat van Marc) fototoestel klaar om te knippen, maar Jos waarschuwde me: als je de politie fotografeert nemen ze zonder pardon je toestel in beslag. Dus borg ik maar gauw het toestel weg. Even later kregen we van de politieman een teken dat we niet mochten stilstaan met de auto. Het was een zwarte agent. Toen we later de radio aanzetten om nadere bijzonderheden te horen, bleek dat er twee bommen waren ontploft. Twee mensen werden gewond. Er werd bij verneld dat de veronderstelling was, dat de aanslag verband hield met ongenoegen dat de baas van de betroffen garage had gehad met zijn zwarte personeel.

(...)

De gebeurtenissen bij de afgelaste rugbywedstrijd in Nieuw-Zeeland hebben we hier tot driemaal toe zeer uitvoerig op de tv gehad. Met onder andere korte impressie-interviews met publiek. Dat was in hoge mate tegen de demonstranten die het veld hadden bezet en de wedstrijd onmogelijk gemaakt. De tv leverde de suggestie dat het publiek gelijk had: ze moesten die kerels doodschieten; ik wil rugby zien en ik wil me niet laten vertellen wat ik wil zien. Etc. Maar zulke mensen vind je overal. In elk geval heeft de apartheid eens duchtig de aandacht gekregen. En dat is hoogstnoodzakelijk. Nieuwzeelandse arbeiders een verwaarloosbare bijkomstigheid.

Zoëven, een half uur geleden, heeft Gon naar huis gebeld. Goed dat we weer eventjes contact hebben gehad. Nog tien dagen, zei ik. (Of elf?) (Ja, elf!)

Verder: 27 juli 1981


Jan van Bakel, Zuidafrikaans dagboek.
janvanbakel.nl

Terug naar boven

Reactie? Bericht: jan.van.bakel@gmail.com.