Terug naar hoofdmenu
Vorige Entr'acte
Volgende Entr'acte
Archief Entr'actes
Hirsi Ali kan kwetsen niet vermijden, zegt de krant (NRC, 19-1-05, 3) en
geciteerd worden uit haar mond de woorden die daarvan de grond uitdrukken: "want het debat
over de islam raakt aan oude teksten en diepe overtuigingen".
In alle debatten die je voor de teevee kunt volgen over de kwestie, onder andere
een uitgebreide confrontatie van de politica met een gezelschap van overwegend
moslimvrouwen, decent gekleed en onmiskenbaar uit een volkomen ander cultureel
milieu dan dat van het traditionele Nederland, hoor je steeds maar het verwijt
van belediging en de toon van gekrenktheid. En niemand gaat inhoudelijk in op wat er
beweerd wordt. Waarom wordt nou niet als uitgangspunt van zulke discussies
bij voorbaat met klem gesteld dat er geen uitingen van gekwetstheid
mogen worden gelanceerd? Voor jeremiades kun je beter een ander soort
bijeenkomsten beleggen. Als er behoefte is aan gevoelsuitingen kun je
bij voorbeeld beter naar de Dam gaan en daar luidkeels lucht geven aan wat je bezielt.
Dat is wel heel wat anders dan een debat of een gedachtenwisseling.
Of gaat het niet om gedachten? Maar wat hebben we dan aan gekwetstheid? Komen we daar
verder mee? En wat is het eigenlijk? Zit Hirsi Ali er met haar uitspraak
niet lelijk naast? Had ze niet moeten zeggen: "Gekwetst zijn dat doe je zelf.
Laten we liever een debat voeren over de islam en zijn oude teksten en overtuigingen"?
Als daarbij echt zou blijken dat de ellende helemaal niet uit de islam voortkomt,
zoveel te beter toch? Dan kunnen we toch helemaal mooi samen vechten tegen die dingen?
Maar dat kwetsen ís helemaal niet iets van de islamitische mensen als je het mij vraagt.
In de discussie over wat er allemaal in het midden-oosten voorvalt komt dat begrip
en de dingen waar het op slaat nergens aan de orde. Het is typisch iets west-europees.
En meer in het bijzonder: iets Nederlands.
Die mensen hebben dat omdat wíj dat hebben. Ze hebben het van ons. Die dat argument
gebruiken zijn allemaal hier tussen ons geboren. Met een citaat
"Er waart een geest door Nederland die aangeeft dat niet
vrijheid van spreken het uitgangspunt moet zijn, maar de
gevoelens van groepen die niet met kritiek op hun handel
en wandel wensen te worden geconfronteerd" (Paul Cliteur, Trouw, Letter en Geest,
19 mei 2001). Overigens maakt deze auteur de grove fout dat hij, als het gaat om vrijheid
van meningsuiting, geen onderscheid maakt tussen gedachten formuleren en oproepen tot
maatschappelijk verwerpelijk gedrag. "Mening" moet je strikt nemen.
Onze cultuur praat ons de laatste decennia aan dat het gaat om wat wij voelen.
Als zulke roerselen naar boven komen is het allemaal pas interessant. Alle kletsprogramma's
in de nachtelijke radio munten erin uit. Daar ligt de fout. Zeg tegen die mensen:
Zeur niet over belediging. Zolang je niet als individu wordt bejegend kun je niet beledigd zijn.
Zoals Cliteur zei: dan kun je je ook wel beledigd voelen door de relativiteitstheorie
van Einstein. Gebruik je eigen verstand. Niet dat van andere mensen.
God kan best voor zichzelf zorgen. Zelfs als hij zich Jahwe of Allah laat noemen.
Dat hoef jij niet op je te nemen. En Hij is trouwens niet aan de orde.
Argumenteer. Argumenteer. Argumenteer.
Jan van Bakel, 20 januari 2005
janvanbakel.nl
Reactie? Bericht: jan.van.bakel@gmail.com.
Terug naar boven