|
ActionesVorige Entr'acte
U weet maar half wat er gebeurde kort voordat u zelf op de wereld rondliep. Wij zaten daar op het Klein Seminarie Beekvliet in St.Michielsgestel, kort voordat Anton van Duinkerken daar zat - die er De Wuivende schreef - en Simon Vestdijk - die er De Glanzende Kiemcel ontwierp -. Wij stonden 's morgens vroeg op, braken het ijs in onze lampetkan, wasten ons enigszins, gebruikten daarna een nauwlettend tevoren gereserveerde beker water voor het tandenpoetsen en gingen in silentio naar beneden om de vroegmis bij te wonen. En daarna volgden wij de lessen. Wij baden bij de aanvang dat onvergetelijke Actiones en het ging zo:
aspirando praeveni et adiuvando prosequere, ut cuncta nostra oratio et operatio a te semper incipiat et per te coepta finiatur. Per Christum Dominum nostrum. Dat Actiones - want zo werd het gebed genoemd - was natuurlijk in eerste instantie de afspiegeling van een religieuze overtuiging, maar als je erover nadenkt wordt het moeilijk een scherpe grens te trekken tussen zulk een overtuiging en een seculiere levensfilosofie. Het minste dat we kunnen vaststellen is dat de religieuze wereld waarin het gebed zijn vorm vond, gevuld was met aanwaaiingen uit filosofische gewesten. Daarom kun je, ook al heb je de religie allang verlaten, toch veel van zijn inhoud behouden. Bij voorbeeld de achterliggende gedachte dat het handelen van de mens niet zomaar zijn grond vindt in direct beschikbare vrije en rationele keuzes. Dat ons handelen inspiratie van elders behoeft om überhaupt gestalte te kunnen krijgen is niet een typisch religieus of godsdienstig idee en zo wordt het in het gebed ook geenszins voorgesteld. De bede vraagt om goddelijke inspiratie voor en vóór het handelen, waardoor vervolgens onze goede keuze tot stand komt. De vraag zou ondenkbaar zijn als het handelen zonder aandrift van elders mogelijk was. Hadden wij de vrije, autonome keuze, dan kon je beter vragen : weerhoud ons van kwalijke handelingen. Maar ook zulk doen en laten is volgens dezelfde religie die het Actiones voortbracht toe te schrijven aan inblazing, thans evenwel van den boze. Het Onze Vader maakt het allemaal wat moeilijker door aan God ook misleiding toe te denken, minstens bij suppositie: Leid ons niet in verzoeking. Ik denk dat de filosofische gedachte volgens welke het menselijk handelen een ondoorgrondelijk verschijnsel is dat zijn eigen wegen gaat, binnen de christelijke religie - christelijk moeten we het besproken gebed natuurlijk noemen, hoewel alleen de slotformule strikt genomen zo mag heten - is blijven bestaan. Van kerstening van die gedachte zelf valt niet te spreken. Alleen de vreemde oorzaak van kwalijken huize wordt vervangen door een goddelijke inblazing. Dat het handelen van elders is en ons als persoon en verantwoordelijk wezen feitelijk transcendeert blijft staan als een huis. Zo valt te begrijpen hoe troostrijk het bidden van het Actiones was. Het was de uitdrukking van de veilige beschutting van de zondige mens temidden van de Goddelijke inwaaisels die hem voor ellende en zonde behoedden en hem de goede weg deden bewandelen. Ook die van griekse thema's, juiste vertalingen en hun definitieve memorisaties. Jan van Bakel, 7 januari 2002.
janvanbakel.nl Reactie? Bericht: jan.van.bakel@gmail.com.
|