Jan van Bakel



Waanwijsheid


Terug naar hoofdmenu
Vorige Entr'acte
Volgende Entr'acte
Archief Entr'actes

Wat is het ergste misdrijf bij het schrijven? Dat je met een stalen gezicht door gebrek aan kennis iets onjuists beweert, terwijl je het makkelijk had kunnen opzoeken. Waanwijsheid dus. Ik zal u tot lering ende vermaak vandaag twee frappante voorbeelden voorleggen. Daarvoor moet ik eerst iets citeren van de website van Onze Taal (Ja, ik maak er een klik van. Dat is een deel of een aspect van mijn argument). Luister: Een tante Betje is een stijlfout. De tante-Betjeconstructie komt voor als twee hoofdzinnen aan elkaar gekoppeld zijn met en, want of maar en in de tweede hoofdzin ten onrechte inversie wordt toegepast of gesuggereerd (inversie is het omdraaien van de volgorde onderwerp - persoonsvorm). En lees daarna in het exposé De kracht van kromrijm van de hand van René Zwaap bij het vers van André Hazes, luidende

    In een discotheek
    zat ik van de week
    en ik voelde me zo alleen
de volgende bewering: « Iedere leraar Nederlands zou zijn leerling duchtig afstraffen als die zijn opstel zou beginnen met de zin "In de bus zat ik gisteren en ik at een broodje". De dichter Hazes echter komt ermee weg - sterker nog, juist door zijn surrealistische syntaxis (een klassiek geval van wat de Tante-Betje-constructie heet) verkreeg 'Een beetje verliefd' die universele boodschap die iedere Nederlandse nachtbraker met relatieproblemen boven de jukebox in tranen doet uitbarsten» (De Groene Amsterdammer,1-10-04, 28). Met citeren heeft hij wat moeite - de tweede regel luidt volgens mijn bronnen: "en ik voelde mij daar zo alleen" - en leraar Nederlands zal zijn oude beroep niet zijn, maar zo bruin heb ik ze toch zelden zien bakken.

En een tweede voorbeeld, ook al gaat het daarbij niet om geschreven tekst. U kent toch Casa Luna? Een uur lang - beter gezegd drie kwartier, want dan komt Het Bureau - praten met een gast - een bekende formule - en dan na het nieuws van één uur, het wurgende avontuur van het bellen met alle bronnen van ellende in de Nederlandse nachtelijke werkelijkheid. En de presentator die vooral uitblinkt door de panische beheersing waarmee hij er telkens weer in slaagt zich vluchtend te redden. En - en daar gaat het nu even om - het astronomische thema van de nachtelijke hemel. Het heet Casa Luna, daar hangt het mee samen. Ik denk dat ze een contract hebben met deze of gene die verstand heeft van die dingen en die de thema's aandraagt, want soms wordt er wel eens iets zinnigs gezegd. Maar vannacht was het weer eens raak. Bij ons thuis was de lucht zwaar betrokken. Er was geen spoor te zien van de maan, een dag of wat door haar vol-heid heen. Maar in de studio werd gezegd - en ik citeer vrij maar daar kwam het inhoudelijk op neer: "ik kijk met mijn verrekijker door het raampje naar de sterrenhemel en ik zie naast Cassiopeia in het zuiden het sterrenstelsel Andromeda. Maar ik zie het niet echt want mijn kijker is te zwak". Je kunt er natuurlijk over redetwisten of dat "zuiden" wel goed is. Voor de Andromeda-nevel kun je dat moeilijk volhouden want die is niet alleen (net) circumpolair met zijn declinatie van 41.27 graden, en bereikt, wanneer hij zich rondom het zenith ophoudt - wat hij tegenwoordig rond middernacht doet - nauwelijks iets dat je met het hoofd in de nek als zuidelijk kunt ervaren. En dat geldt allemaal a fortiori voor Cassiopeia, dat met zijn ruim 56 graden in een hoek van 34 graden om de poolster draait en dus het zenith zelfs nooit haalt. Maar iets anders is nog dat bij deze astromische verpozing een keer of drie "an-droo-mee-daa" wordt gezegd. Met de klemtoon op mee.

 

Jan van Bakel, 2 oktober 2004

janvanbakel.nl

Reactie? Bericht: jan.van.bakel@gmail.com.

Terug naar boven