Jan van Bakel



Zeer bewogen


Terug naar hoofdmenu
Vorige Entr'acte
Volgende Entr'acte
Archief Entr'actes

Deze week ging ons huwelijk zijn zevenenvijftigste jaar in. Dat zou op zichzelf nauwelijks een vermelding waard zijn, ware het niet dat ik me gisteren in de laatste minuten van mijn bewuste uren met enige verrassing realiseerde dat het alles bij elkaar een zeer bewogen tijd is geweest. Ik schrijf dat hier op, vooreerst om u te laten delen in die verrassende realisatie als zodanig maar niet minder omdat het mij altijd weer verbaast dat zulke gedachten je invallen weinig seconden voordat je in slaap valt. Ik zeg het gemakshalve maar zo, omdat ik uit zelfrespect moet aannemen dat ieders eigen ervaring dit bevestigt. De volgende ochtend zijn die verwarrende invallen meestal als sneeuw voor de zon verdwenen en daarom heb ik me aangewend om bij zulke gelegenheden snel en resoluut de weg naar de slaap te verlaten om krabbelend op kleine vierkante notitieblaadjes - die je daarvoor kunt kopen - de inval vast te leggen. Dat die krabbeltjes de volgende ochtend meestal onleesbaar blijken en in het andere geval te onbenullig voor woorden zijn, belet mij niet mijn dwangmatig gedrag hardnekkig vol te houden. En vandaag, als ik me niet deerlijk vergis - en dan is die nieuwe toestand ("peiora prioribus") erger dan alle voorgaande - blijkt dat maar goed ook. Immers, laat ik het u uitleggen.

In die 56 jaar heeft de aarde 56 miljard kilometer afgelegd in haar baan om de zon. Een heel eenvoudig sommetje maakt dat duidelijk. De afstand tot de zon is 150 miljoen kilometer en de omtrek van de beschreven cirkel (nou ja, cirkel?) is dus ruim 6.28 keer zo groot, zeg 1 miljard. Als je dat sommetje maakt en je komt bij die 56.000.000.000 dan slaat het je op de keel. Je kunt je eenvoudigweg zoiets niet voorstellen. Zo kwam ik ook op dit stukje. Als je dat getal zou aftellen en je telt met één per seconde, dan heb je een tijd nodig van ongeveer 176 jaar. U begrijpt dat u vanuit dit getal de andere kant op moet rekenen om de snelheid van de aardbeweging te krijgen. Als het klopt wat je daarover kunt leren moet je - zeggen de boeken - uitkomen bij ongeveer 29 kilometer per seconde.

Als je weet dat de zon ook weer een eigen baan volgt in ons (ons!) melkwegstelsel, moeten we aan de berekende afstand nog iets toevoegen. Het gaat in het geval van die baan door het melkwegstelsel niet om een platte cirkel maar om een uitgerekte cirkel. Denk aan een springveer: als je die uitrekt wordt de doorsnede kleiner. Tenslotte hou je één dunne draad over in een strakke rechte lijn. Wanneer je bij het uitrekken dezelfde doorsnee wil houden zal er materiaal toegevoegd moeten worden: de draad moet langer worden.

Je kunt de zaak ook verhelderen door te denken aan het beeld van een pak beschuit: het gaat niet om de omtrek van een beschuit, maar om de lijn die een punt op de zijkant van een beschuit beschrijft langs de binnenkant van het pak als hij zich draaiende van onder naar boven door het pak beweegt en met precies één hele draaiing de bovenkant bereikt.

We doen het zo. We laten die beschuit op de beschreven manier door het pak naar boven schuiven en laten het bewuste punt een lijn tekenen tegen de binnenwand van het pak. Daarna knippen we de cilinder van onder tot boven open op de lijn die de beide punten van begin en einde verbindt. Die punten liggen op een loodlijn die loopt van onder- tot bovenkant van de cilinder. We vouwen het vlak van de cilinder open en slaan het plat. Wat we dan zien is een vierkant met de beschuitmaat hoogte 19 en breedte (de omtrek van de cilinder) 2 pi maal 4, zeg 25,5 cm. Nu is het heel makkelijk om de lengte van de door de beschuit getekende lijn te berekenen. Die loopt van de linkerbenedenhoek lijnrecht naar de rechterbovenhoek. De lengte van deze lijn, de diagonaal van de vierhoek ABCD, geeft nauwkeurig de afstand aan die het punt - en we moeten terug naar de werkelijkheid - aarde na één omloop (een jaar) heeft afgelegd. Die lengte is de Wortel uit de Som van de Kwadraten van de Aarde-omloop (AO) en de Jaar-zonneroute (JZ) door de Melkweg.

Hoe staat het met die afstand die de zon in een tijd van één jaar door het melkwegstelsel aflegt? Met wat geheks meen ik te vinden dat dat 0.0007 lichtjaar is. Ik kom daartoe met de volgende gegevens: afstand tot melkwegcentrum 30.000 lichtjaar, omlooptijd van de zon rond het melkwegcentrum 230.000 jaar. Die afgelegde afstand van 0.0007 lichtjaar stoppen we als JZ in de daarnet genoemde formule.

En ons melkwegstelsel zelf, beweegt dat ook ergens in of tegen of mee? Hoor eens, dat doe ik een andere keer misschien nog. Nu eindigt alles voorlopig in een raadsel. Als in de slaap. Maar als u gaat rekenen weet u nu hoe het moet. Ik hoor het graag als u een uitkomst hebt. En denk eraan: één lichtseconde is 300.000 kilometer. En we zoeken naar afgelegde afstand in een normaal menselijk huwelijk van pakweg 56 jaar.

Als u nog niet getrouwd bent, bent u bij dezen gewaarschuwd.

Jan van Bakel, 23 november 2007

janvanbakel.nl

Reactie? Bericht: jan.van.bakel@gmail.com.

Terug naar boven

Postscriptum 27-11-2007

In Astronomy wordt de vraag opgeworpen waarom ons zonnestelsel als geheel in een bijna plat vlak ronddraait om het centrum van het melkwegstelsel. De hoek van de beweging van de zon met het vlak van de ecliptica is maar 10 graden terwijl mijn betoog eigenlijk uitgaat van 90 graden (Astronomy, december 2007, 38-43). We hebben dan niet te maken met een beweging van de aardbaan in een cilinder maar - om bij de beeldspraak te blijven - met een beschuitzak waarvan het grondvlak een ellips is in plaats van een cirkel en waarin de beschuiten schuin gestoken boven op en zelfs min of meer naast elkaar liggen. Denk aan een zijwaarts samengedrukte spiraalveer: wand en grondvlak vormen geen rechte hoek meer. Ik denk dat het voor de melkweg-afstand die de aarde aflegt geen verschil maakt. Wel is haar melkweg-snelheid variabel i.p.v. invariant: een half jaar lang samen met de zon voorwaarts en in de andere helft tegendraads aan of achterblijvend bij de beweging van de zon in haar omloopbaan.