Jan van Bakel



Spin en spiegel

Vorige Entr'acte
Volgende Entr'acte
Terug naar Archief Entr'actes
Terug naar hoofdmenu.


Denkt u nou ook nooit 's dat we de wetenschap niet zomaar aan de wetenschappers moeten overlaten? Neem die theorie die zegt dat de snelheid van het licht bij alle metingen hetzelfde is, of je de bron nou vooruitsnelt, ermee meereist of ze tegemoet gaat. Dat kan natuurlijk niet waar zijn, eenvoudig omdat die uitspraak het begrip snelheid afschaft. Alles wat hetzelfde blijft bij juist die variatie is per definitie geen snelheid. Wat aan het licht wordt gemeten is alles behalve snelheid. Dat is één. Snelheid is, zegt men, de verhouding tussen afstand en tijd; grote tijd en kleine afstand levert kleine snelheid. Willen we weten wat snelheid is, dan moeten we dus weten wat afstand en tijd voor dingen zijn. Afstand is groter naar gelang je er met dezelfde snelheid langer over doet om een ander punt te bereiken. Dat wil zeggen: afstand is een bepaalde verhouding van snelheid en tijd. Uitdrukken in meters helpt niet, want dan blijft de vraag naar de afstand tussen begin- en eindpunt van de meetlat. En tijd? Die wordt berekend door uitdrukking in getelde bewegingen: zoveel malen bewogen om de zon, zoveel malen een wieletje rond, enz. Beweging vervolgens is een coordinaatsverandering binnen de ruimte. En wat zal ruimte zijn? Ruimte is datgene wat je doorkruist als je van A naar B gaat. (Met de ijdele hoop dat A en B gedefinieerd kunnen worden buiten de ruimte om.) Maar ik dacht dat dàt nou net de tijd was. Het onderscheid tussen ruimte en tijd heb ik niet nodig en dat lijkt me een signifikante generalisatie. De fysici hebben het probleem tot nu toe opgelost door iets onhoudbaars te beweren over het licht. Dat mogen we niet toestaan.

Ik neem de materie als uitgangspunt. Daarover praat ik zonder definitie vooraf. Wat ruimte en tijd zijn weet ik niet. Ik ervaar wel dat er 'n hier en 'n daar is, 'n nu en 'n dan en 'n toen. Ik weet ook dat van dit alles alleen het nu en het hier voor mij bereikbaar zijn. Er bestaat niets dan het enkele nu en het enkele hier, zij het ook dat die steeds veranderen. Dat ene hier-nu is het midden van een web van draden die naar andere materie voeren. Dat zijn lichtstralen. Lichtstralen hebben geen snelheid en geen beweging, geen lengte en geen duur. Ze zijn de kosmische oprekking van het nu. Alles wat op mijn lichtstralen ligt vormt mijn nu-web of nu-heelal. Dat heelal is uniek want het komt nergens anders voor. Mijn web trekt het hele heelal samen in mijn eigen nu. Ieder ander punt in de ruimte (en dat is hetzelfde als tijd) is ook zo'n centrum, maar het gaat telkens om een ander nu, dat misschien nauwelijks van het mijne te onderscheiden is maar er toch een heelal van verschilt. Hoe vreemd het heelal in elkaar en uit elkaar is getrokken blijkt als je een spiegel plaatst op een planeet rond alfa Centauri: je ziet jezelf jezelf aanstaren vanuit 2000. En dat geldt precies zo voor de spiegel op de badkamer al is het hier-nu-verschil wat kleiner. De spiegel spiegelt een spin die niet bestaat.

Jan van Bakel

janvanbakel.nl

Reactie? Bericht: jan.van.bakel@gmail.com.

Terug naar boven