Jan van Bakel.



Uit je strot

Vorige Entr'acte
Volgende Entr'acte
Terug naar Archief Entr'actes
Terug naar hoofdmenu.


Het universitair onderwijs stapt uit zijn maatschappelijk isolement. Het ouderwetse elitaire waarderen van cultuurverschijnselen moeten we nou maar eens opzij zetten. Neem ons volkslied, het Wilhelmus. De hoogleraar weet natuurlijk nog wel wat de historische context is waarbinnen het ontstaan is en hoe het daarbinnen moet worden beoordeeld. Pas als de studenten van vandaag de illustere posten zullen bezetten is dat ook voorbij. Maar Marita Mathijsen (NRC W&O 2 febr. 2001) plaatst zich midden in de hedendaagse werkelijkheid van de voetbalstadions en zegt met de daar actieve volksmond die woorden kun je toch niet uit je strot krijgen. Dat is de toonzetting voor haar bijdrage. Zelf zingt ze bij de dodenherdenking, uit schaamte over dat Duitschen bloed: Ben ik van buiten goed. Lach maar, want dat is nog het beste.

Er is iets grondig mis. Het is vast en zeker zo dat het volk dat vandaag het lied zingt niks meer weet van de oorsprong van de Nederlandse zelfstandigheid en de politieke, filosofische en levensbeschouwelijke achtergronden daarvan. Je bent al een risee als je zulke woorden nog in de mond neemt. Je moet betwijfelen of Marita Mathijsen een uitzondering vormt, want ze wekt de indruk te menen dat dat "ik" in het lied op haarzelf slaat. Ook is duidelijk dat de reflectie op zaken van cultuur- en maatschappijhistorische aard niet kan worden verwacht bij publiek dat naar darten staat te kijken. Dat de tekst voor de burgers volkomen onbegrijpelijk is geworden. Dat we dus het zingen van dat volkslied beter achterwege kunnen laten. En dat we misschien helemaal geen volkslied meer nodig hebben, en al zeer zeker niet wanneer een of andere dichter in Nederland er iets aardigs van maakt. (Wat zou ze denken van André van Duin?) Maar dat alles moet er niet toe voeren dat de dragers van onze geschiedenis en cultuur zich gaan encanailleren door onbenullige en lacherige opmerkingen te maken over een lied dat - naast de Marseillaise - het enige fatsoenlijke lied is ter vertolking van wezenlijke gedachten over de geschiedenis van een volk. Ik ga daar geen lesje over geven, want dat zou Marita Mathijsen moeten doen. Haar bijdrage is Veel fouter dan het Wilhelmus.

Jan van Bakel, 5 februari 2001.


janvanbakel.nl

Terug naar boven

Reactie? Bericht: jan.van.bakel@gmail.com.