|
Over niets en waarom
Zoals Kabila dat doet, zo hoort het eigenlijk. Hij stuurt zijn ministers naar huis en benoemt er nieuwe. Niemand heeft ooit van één van ze gehoord of vernomen wat ze gedaan hadden en bovendien fout. In Nederland kennen wij dat niet. Bij ons zijn de ministers verantwoordelijk. We kennen zelfs een ministeriële verantwoordelijkheid voor het staatshoofd. Een verkeerd woord natuurlijk want geen enkele minister komt ooit uitleggen of verantwoorden wat het staatshoofd heeft gezegd of gedaan. Ik heb nooit anders begrepen dan dat Kok zei: daar mag je niet over praten. Het komt er altijd op neer dat hij er niks over zegt. Hij noch een andere minister legt ooit verantwoording af over het feit dat de koningin dit of dat absoluut niet wilde en dat daar zelfs met enige stemverheffing met haar over moest gesproken worden. Kok praat er gewoon niet over. Niks verantwoordelijkheid dus. Een heel ander punt is natuurlijk dat geen enkele minister iets anders mag zeggen dan wat er binnen de regering is afgesproken. De regering spreekt immers met één mond. Dus - denk ik dan - het best kun je een situatie kiezen met één mond. Zie Kabila. Zegt een minister toch af en toe iets, dan gaat de oppositie aan Kok vragen: wat heeft die gezegd, en mag die dat zeggen? En dan zegt Kok dat dat echt de laatste keer was. Een minister hoort niets te zeggen. Waar die dan verantwoordelijk voor is? Wie het weet mag het zeggen. Wat Brinkhorst wil en denkt hoort hij te verzwijgen, of het nou over de koeien gaat of over de monarch. Als Brinkhorst daarover zou vallen, zou het echt niet zijn vanwege de inhoud maar alleen wegens de regels. En Borst dito. Trouwens Borst. Die heeft iets gezegd over de pil van Drion. Nee, zegt ze, dat heb ik niet. Daar zul je haar absoluut nooit over horen. Maar ze kan zich voorstellen dat je erover zou discussiëren. Anderen zijn daarover begonnen, ergens in de maatschappij, en zij wil alleen maar zeggen dat we voor die discussie niet bang moeten zijn. Maar zij denkt er niet over om een voorstel te doen. Absoluut niet. En dan moet ze bij Witteman komen. En dan wordt er geprobeerd om haar iets te laten zeggen, want als dat lukt dan is er in Nederland weer iets gebeurd en dan moet Kok weer zeggen dat dat echt de laatste keer was. En dan dient die discussie bij Witteman dus ergens voor. In Nederland zou echt iets gebeuren als Borst bij Witteman was gekomen en iets had gezegd als het volgende. In Nederland is op het terrein waar ik verantwoordelijk voor ben - nee nee, niet het kabinet, ik zelf - behoefte aan verduidelijking over de uitgangspunten. Uitgangspunt moet zijn dat er niets gaat boven de morele autonomie van de menselijke persoon waar het gaat om de eigen zaken die buiten het publieke domein liggen. Dat beginsel hoort in de grondwet. Niemand heeft het recht om te stellen : in deze of die van zulke zaken zal een persoon handelen volgens regels van mij. Als een politieke partij het daarmee niet eens is moet dat door een abstract debat duidelijk worden. Dan kunnen dus de smoesjes over het gevaar van die Drionische pillen als van secundair belang terzijde gelaten worden en dan wordt duidelijk waar het werkelijk om gaat. We moeten niet beginnen over zielige of tragische (oude) mensen. Dat is natuurlijk een eindeloze zee van ellende waar al onze macht op stuk loopt, maar onze beleidsbeslissingen kunnen daardoor niet geleid of gefrustreerd worden. We moeten uitgaan van respect voor de verantwoordelijkheid van mensen voor zichzelf en hun eigen leven. En we moeten trouwens ook uitgaan van de verantwoordelijkheid van de arts. We nemen in zijn ambtseed op dat hij nimmer zal handelen in strijd met de autonomie van de menselijke persoon maar alles zal doen met dat principe als uitgangspunt, onverlet zijn overeenkomstige eigen autonomie. Zoals we de politie een wapen geven, laten we de dokter zijn medicijnen. Beiden leggen een ambtseed af over trouw aan beginselen. En als het ergens fout gaat neemt het recht zijn loop. We schrappen alles over de euthanasie uit de wetboeken, om dezelfde reden als waarom we niet in de wet over de politie zetten dat een agent die zorvuldig handelt bij het gebruik van zijn wapen vrijuit gaat, dit ter beoordeling achteraf van een permanente commissie van drie. Zou Borst zulke uitspraken doen tegenover de kamer of waar dan ook, dan zou iedere noodzaak om haar af te branden afwezig zijn. Dan zou Jaap de Hoop Scheffer ook iets anders moeten verzinnen dan zijn melodramatisch betoog dat je tegenover dat leed niet mag aankomen met : Wel, hier heb je toch een pil. En dan waren we waarschijnlijk ook definitief verlost van dat gezeur om niets dat we in Nederland nou wel ongeveer kennen. Jan van Bakel, 18 april 2001.
Reactie? Bericht: jan.van.bakel@gmail.com.
|