Jan van Bakel.



Goed fout

Vorige Entr'acte
Volgende Entr'acte
Terug naar Archief Entr'actes
Terug naar hoofdmenu.


Het spijt me, maar Elsbeth Etty zat er lelijk naast met haar weekse column over God, Nederland & Oranje (NRC 26 mei 2001 ZB). Het gaat over de vreemdelingen in ons land, over de integratie die de laatste tijd zoveel commentaar krijgt, en daarnaast over onze natie, onze religie, over onze geografische en ethnografische kenmerken, over onze dynastie. En dat alles bij elkaar binnen een sceptisch betoog met de strekking: iets typisch en waardevol Nederlands waar die vreemdelingen zich bij zouden moeten aanpassen of waarin zij zich zouden moeten integreren bestaat helemaal niet. In haar eigen woorden: .... breken velen zich het hoofd over de vraag wat, gegeven de immigratie van mensen uit andere culturen, specifiek Nederlands is. Dat zouden we immers moeten weten, want anders kunnen we zelfs onze wensen tegenover hen niet onder woorden brengen. Maar zelfs sedert het traditionele ijkpunt niet langer onze monarchie of onze christelijke religie is, en nadat het centrale punt in de multiculturele samenleving het begrip cultuur is geworden, is er weinig of niets aan duidelijkheid gewonnen. In elk geval gaan de gedachten daaromtrent niet veel dieper dan het oude gestamel over God-Nederland-Oranje. Niets om trots op te zijn. Elsbeth Etty komt tot geen optimistischer samenvatting dan dit leerstuk van de Nederlandse cultuur: de Driekusman, het zeegat uit. Kortom folklore.

U zult zeggen: daar heeft ze toch groot gelijk in, zo is het toch, kijk naar die afsluitende voetbalzondag en je hebt toch alles gezien? En daarin hebt u weer gelijk. Maar toch zit zij er lelijk naast en wel op de volgende gronden. Vooreerst gaat het bij de gewenste integratie van vreemdelingen niet om alles wat je bij het woord Nederland aan kneuterigheid zou kunnen bedenken maar om een opgaan in de westerse cultuur. Of het nou om Zweden of Portugal gaat, om Italië, Denemarken, Duitsland of Nederland, dat maakt allemaal geen verschil. Alle inspanningen om naar iets kenmerkends en waardevols te zoeken dat je Nederlands zou kunnen noemen zijn volkomen ins blaue. Niet ter zake, buiten de kwestie en misplaatst. En wel omdat ze alleen tot een karikaturaal antwoord kunnen voeren. De Driekusman.

Maar toch is er nog wel iets anders op te merken bij de analyse van Elsbeth Etty. Wanneer je zo een tiental minuten leest en overweegt wat zij over de Nederlandse staat - liever dan natie - zijn reilen en zeilen en zijn geschiedenis aanraakt en opwerpt, krijg je de indruk van een afstandelijke, gereserveerde, sceptische opstelling tegenover alles wat er rondom in de maatschappij gebeurt. Geen vastgeroeste standpunten. Geen geloofspunten of heilige huizen. Een gezonde afwezigheid van enthousiasme, geborneerdheid, holle trots en zelfgenoegzaamheid. Bereidheid tot alles eerder dan zich te laten imponeren of warm maken. Een betere suggestie omtrent wat van vreemdelingen die zich hier komen vestigen verlangd zou moeten worden lijkt me achteraf niet zo gauw te bedenken.

Jan van Bakel, 28 mei 2001.
janvanbakel.nl

Terug naar boven

Reactie? Bericht: jan.van.bakel@gmail.com.