|
VerdrietVorige Entr'acte
En nu moeten we allemaal zorgen dat we de juiste gedachten en gevoelens ontwikkelen over de terroristen, de ramp en de slachtoffers. Je moet het afkeuren, dat staat voorop. Een enquêteur komt je vragen of je er begrip voor hebt, ja of nee. Iedereen vervalt in gepeins: wat is dat eigenlijk : ergens begrip voor hebben? Is dat iets anders dan iets begrijpen? Volgens Elsbeth Etty moet dat zo ongeveer hetzelfde zijn, maar er zijn er een heleboel - en daar hoor ik ook bij - die menen dat begrip hebben iets meer is dan begrijpen. Als je iets begrijpt meen je een relatie van oorzaak en gevolg te kunnen vaststellen tussen twee dingen. Je hebt bepaalde informatie over Amerikaanse buitenlandse politiek, over opvattingen daarover bij bepaalde mensen al of niet in bepaalde delen van de wereld, en je oordeelt dat je een oorzakelijk verband kunt vaststellen tussen bepaalde gebeurtenissen en grootheden. Begrip daarvoor hebben is iets meer. Dat ligt grotendeels aan dat woordje voor in plaats van van. Het begrijpen wordt uitgebreid met enige inleving. Het oorzakelijke verband is niet slechts een objectieve feitelijkheid voor jouw inzicht, maar je kunt je (levendig) voorstellen dat iemand van die mensen naar aanleiding van dat soort politiek deze of gene activiteit ontplooit. Behalve rationeel inzicht ook wat emotie en inleving dus. En nu het om zo'n macabere en massale moordpartij gaat ben je dan fout. Je mag zoiets nog wel - zij het maar net - begrijpen, maar je mag het je niet, laat staan levendig, kunnen voorstellen. Om wat concreter te zijn : ik kan me levendig voorstellen dat bepaalde mensen - maar die moeten dan wel ergens een vreemde, dus waarschijnlijk religieuze, kronkel in hun hoofd hebben - zich in een vliegtuig te pletter willen jagen vanwege dat soort politiek. Wel of geen dooien. Dat kan ik me levendig voorstellen, want de waanzin is eindeloos. Maar ik heb er geen begrip voor. Want dat is voor mij toch nog wat anders. Ik keur het dus niet goed. Als dat ergens voor mocht dienen. Nog moeilijker wordt het allemaal als ze van je gaan eisen dat je er verdrietig om bent. Dat je meeleeft met de slachtoffers. We moeten daarbij wel bedenken dat verdriet, of zelfs maar meeleven, niet een algemeen vereiste reactie kan zijn voor iemand die kennis neemt van ellendige gebeurtenissen. Dan zou je bijvoorbeeld moeten eisen dat een klas jonge gymnasiastjes in huilen uitbarst bij de eerste geschiedenisles die ze confronteert met de brand van Rome of de slag bij de Somme. Toch begrijpen de op straat geïnterviewde gewone mensen heel goed dat ze verdriet moeten tonen. Iedereen valt over Heldring als hij zegt dat die Ruandezen toch weer een heel ander geval zijn. Meeleven met mensen kun je alleen maar als je die ziet, door directe waarneming, door een herinnerd beeld of door een (levendige) fantasie. Buiten die persoonlijke verbinding zijn de zesduizend doden van New-York niet veel anders dan die miljoenen andere rampzaligen uit heden en verleden. Nero zag Rome branden, wij zagen twee torens instorten. Zelfs over de dood van mijn vader ben ik niet meer verdrietig, al sta ik er nog steeds met gepeins bij stil. Jan van Bakel, 4 oktober 2001.
Reactie? Bericht: jan.van.bakel@gmail.com.
|