Jan van Bakel.



Filosofie gepopulariseerd

Vorige Entr'acte
Volgende Entr'acte
Terug naar Archief Entr'actes
Terug naar Hoofdmenu


Nu ik de eerste woorden tik van dit stukje ontdek ik door botsingen op mijn computer, dat ik het al eerder over Menno Lievers heb gehad in een Entr'acte. Als dat maar geen onheil spelt. Deze keer moet het gaan over zijn bespreking van de Maand van de Filosofie, waarvan hij vindt dat die d'r doel voorbijschiet (NRC 29-04-2002). Ik ben deze keer wat laat met mijn reactie, maar u zult begrijpen dat er ook wel eens iets tussen de Entr'actes dóór moet gebeuren wat tijd vergt. Lievers worstelt met de vraag of filosofie gepopulariseerd moet worden. Van de ene kant wel, vindt hij, want mensen moeten ontdekken dat niemand buiten de filosofie kan. We moeten nou eenmaal in het leven oordelen vellen, zegt hij, die niet op onze zintuiglijke ervaring of op wetenschappelijk onderzoek zijn gebaseerd, maar op nadenken. Dat is een beetje een merkwaardige uitspraak vanwege de tegenstelling die gesuggereerd wordt. Maar hij zal bedoelen, dat we soms niet genoeg hebben aan wetenschap en ervaring. Dat de ervaring hier minder waardering krijgt dan zij verdient laten we maar even in het midden. En hij gaat verder: Kundig populariseren van de filosofie kan ons doen beseffen dat we allemaal filosofen zijn, of we dat nou willen of niet. De popularisering zou dus eigenlijk het inzicht kunnen aanbrengen dat filosofie ontspruit aan het gewone mensenverstand waarover we allemaal beschikken. Maar wat wordt er dan gepopulariseerd? Hoe kan het een popularisering van de filosofie zijn als iets inhoudt dat wij ontdekken dat we allemaal filosofen zijn? En hoe kan het een bezwaar van dat "populariseren" zijn als wij zoiets daardoor ontdekken? Met het concept van popularisering van de filosofie komt Lievers dus in de problemen. Hij kan wel gelijk hebben in die veronderstelling over ons mensen dat we allemaal filosofen zijn - sterker nog: hij heeft daarin gelijk volgens mij - maar dan moet hij spreken van een onderneming die de mensen de bronnen van hun eigen gedachteleven en -mogelijkheden openbaart. En dat kan geen popularisering zijn, van wat dan ook.

Na deze basale vergissing kan het natuurlijk niet meer goed komen met dat opstel van Lievers. Hij houdt vast aan de gedachte dat de filosofie, in het bijzonder die van de universiteiten, meer bekendheid zou moeten krijgen buiten haar eigen kring. De enige mogelijkheid echter die rest na het voorgaande is dat datgene wat onder het volk gebracht moet worden iets anders is dan filosofie. Het zal wel gaan om geschiedenis van de filosofie. Mogelijk is ook, dat we moeten denken aan analysering en ontsluiting van wat grote filosofen hebben gedacht. Maar dan, als u het mij vraagt, liever zonder een paternalistisch, neerbuigend populariseren en zeker zonder Verharmlosung van de gedachten, omdat het eenvoudige publiek het anders weer niet snapt.

Lievers weet verder niet goed hoe hij zich moet krullen. Hij ziet als nadeel van het - principieel misverstane - populariseren, dat de indruk gewekt kan worden dat filosofische inzichten makkelijk te verkrijgen zijn en niet het resultaat zijn van jarenlang hard werken. Wat mensen van zichzelf uit denken is dus kennelijk toch weer van bedenkelijke kwaliteit vergeleken met wat er uit de universiteiten op ze neerdaalt. Maar de weegschaal slaat tenslotte toch door ten gunste van popularisering, zij het ook een andere dan die welke gepropageerd wordt door de stichting Maand van de Filosofie. Lievers argumenteert daartegen met hartverwarmende overtuiging. Maar hoe moet het dan? Lievers vervolgt: Filosofen zouden hun onderzoek toegankelijk kunnen maken voor een breed publiek zonder concessies te doen aan hun wetenschappelijk niveau. Uitgeverijen zouden selectiever moeten zijn bij hun keuze van de auteurs en manuscripten van filosofen ook eens kunnen redigeren. Ik zie het lijk al drijven. Toegankelijk maken voor een breed publiek, zoals het heet, houdt al een depreciatie in van zijn intellectuele status. En toegankelijk maken betekent natuurliijk Verharmlosen. Vooral ieder woord dat met een c begint uitleggen, zoals we van onze welwillende journalisten gewend zijn. En daar komt nog bij dat een uitgever die popularisering beoogt geen haar beter is dan de Stichting Maand van de Filosofie, die op leut uit is. Geef mij liever uitgaven als die van de Sun: gewoon Zijn en Tijd zonder schoolmeesterachtige versimpeling. Of Ger Groot met zijn De uitgelezen Sartre. Maar bij Menno Lievers heb je altijd kans dat hij dat misschien eigenlijk ook bedoelt.

Jan van Bakel, 3 mei 2002.
janvanbakel.nl

Terug naar boven

Reactie? Bericht: jan.van.bakel@gmail.com.